In Rusteloos land van de Engelse Belinda Bauer heeft de twaalfjarige Steven maar één doel: het lichaam van zijn oom Billy vinden die op elfjarige leeftijd verdween. Dan zal zijn oma weer kunnen lachen en zijn moeder haar eeuwige kwaadheid van zich af kunnen leggen. Dus pakt Steven na schooltijd de schep en graaft de heide van Exmoor af. Tevergeefs. Wanhopig roept de jongen de hulp in van de enige die kan weten waar zijn oom begraven ligt: diens moordenaar. Arnold Avery zit al achttien jaar in de gevangenis wegens de moord op een aantal jongens. Ongetwijfeld heeft hij ook Billy te grazen genomen, maar dat viel niet te bewijzen. Avery is dolblij met de brieven van Steven, eindelijk iets dat de sleur van het gevangenisleven doorbreekt. Hij houdt de jongen met allerlei opdrachten aan het lijntje, zoals het maken van foto’s van het gebied waar Billy ligt. Als hij via een weerspiegeling in een foto Steven ziet, realiseert hij zich dat zijn correspondent een jongen is. Vanaf dat moment heeft Avery nog maar één obsessie: ontsnappen! Rusteloos land is een beklemmende thriller met uitstekende portretten van twee uitersten. De uiteindelijke confrontatie tussen beiden personages levert een adembenemend slotakkoord op. [bol_product_links block_id=”bol_5432704da0176_selected-products” products=”1001004008186917″ name=”boeken” sub_id=”” link_color=”313138″ subtitle_color=”444C5C” pricetype_color=”51645E” price_color=”ABBCB0″ deliverytime_color=”444C5C” background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”250″ cols=”1″ show_bol_logo=”undefined” show_price=”1″ show_rating=”0″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”0″ admin_preview=”1″]
Ruth Rendell – De grafkelder ****
Reginald Wexford loopt een beetje met zijn ziel onder zijn arm in De grafkelder van Ruth Rendell. Van een pensioen zou je moeten genieten, maar dat lukt de voormalige politie-inspecteur niet.
Gelukkig ontmoet hij in Londen een oud-collega die hem vraagt te assisteren bij een ingewikkelde zaak. In een oude kolenkelder zijn vier lijken gevonden en de politie staat voor een raadsel.
Op zijn eigen scherpzinnige en intuïtieve wijze slaagt de sympathieke Wexford erin het mysterie te ontsluieren, maar dat kost hem wel bijna zijn leven.
Ruth Rendell (1930) schreef in 1964 haar eerste detectiveroman met Wexford in de hoofdrol. Ruim twintig boeken volgden, waaronder echte juweeltjes. De grafkelder is ook zo’n kostbaar kleinood: subtiel, intelligent, menselijk en buitengewoon goed geschreven. (De Telegraaf, 2013)
Uitgeverij A.W. Bruna, € 19,95.
[bol_product_links block_id=”bol_542e4f37615d4_selected-products” products=”9200000006521316″ name=”boeken” sub_id=”” link_color=”313138″ subtitle_color=”444C5C” pricetype_color=”51645E” price_color=”ABBCB0″ deliverytime_color=”CDDACB” background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”250″ cols=”1″ show_bol_logo=”undefined” show_price=”1″ show_rating=”1″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”1″ admin_preview=”1″]
Henning Mankell schreef laatste Wallander
“De Zweedse eik is geveld” – Interview Henning Mankell.
Het is een grauwe zaterdagmiddag in hartje Göteborg. Henning Mankell (1948) zit met zijn rug schuin naar het grote raam van het hotel en praat over zijn werk. Hierdoor ontgaat hem de aandacht die het winkelpubliek regelmatig voor hem heeft. De mensen lopen voorbij, kijken en draaien nogmaals hun hoofd om.
Het is duidelijk: Henning Mankell is geen onbekende in Zweden. Waar hij in ons land hoofdzakelijk bekend staat om zijn boeken met politieman Kurt Wallander in de hoofdrol, is hij in eigen land een publieke figuur.
Hij is actief als auteur en regisseur in de theaterwereld, werkt voor televisie en schreef naast zijn thrillers nog een groot aantal andere boeken. Bovendien is hij iemand die geen blad voor de mond neemt als situaties in de wereld hem niet bevallen. Zeker als het gaat om Afrika, het werelddeel waar hij zijn hard aan heeft verpand. Mozambique is zijn tweede thuis geworden, een groot deel van het jaar woont en werkt hij daar.
In 1999 – tien jaar na het eerste optreden van Wallander in Moordenaar zonder gezicht – schreef Mankell De jonge Wallander waarin de lezer kennismaakt met Wallander vóór hij inspecteur is. Een interessant kijkje in het leven van de jonge agent, maar ook – zo kondigde Mankell toen aan – het laatste boek met de scherpe politieman in de hoofdrol.
Toch verscheen daarna in Zweden De gekwelde man waarin de populaire politieman zijn laatste zaak oplost. Dat het Henning Mankell ditmaal ernst is, maakt de laatste alinea onomstotelijk duidelijk. Kurt Wallander zal nooit meer terugkeren.
Voordat het echter zover is, krijgt Wallander te maken met de meest persoonlijk zaak uit zijn carrière. Het betreft namelijk de schoonouders van zijn dochter Linda. Niet lang na de geboorte van Wallanders eerste kleinkind verdwijnt Linda’s schoonvader, een hooggeplaatste marineman met pensioen.
Iedereen gaat ervan uit dat de bejaarde man snel zal terugkomen, niets blijkt echter minder waar. Dan verdwijnt ook de schoonmoeder van Linda. Haar lichaam wordt na een paar dagen teruggevonden. Dood door zelfmoord is de officiële lezing. Wallander gelooft er niets van en gaat op onderzoek uit.
Henning Mankell: “Toen ik zo’n tien jaar geleden aankondigde de laatste Wallander geschreven te hebben, geloofde ik dat zelf ook echt. Ik heb zeker vijf jaar niet aan hem gedacht. Op gegeven moment bekroop me steeds vaker de vraag of er niet toch nog een boek met Wallander in de hoofdrol mogelijk was. Dat moest dan een verhaal worden dat meer over hem persoonlijk ging.”
“Tegelijkertijd hield ik me bezig met verschillende politieke schandalen die zich in Zweden hebben afgespeeld. Met name één ervan bleef trekken: het verschijnen van onbekende duikboten in onze kustwateren. Ik zag meteen mogelijkheden om beide verhalen te combineren.”
“Er is door mijn lezer heel goed gereageerd op dit boek, ook op het einde ervan. Dat werd door iedereen geaccepteerd. Er komt nu eenmaal in het leven van ieder mens een punt waarop alles definitief voorbij is.”
“Wallander is net zo oud als ik,” zegt Henning Mankell. “Als je de zestig gepasseerd bent, weet je twee dingen zeker: ten eerste dat je over de helft van je leven bent en ten tweede dat de belangrijkste beslissingen in je leven al genomen al genomen zijn. Dus begin je terug te kijken op je leven. Wat heb je met je tijd gedaan? Heb je je dromen waar gemaakt?”
“Wallander vraagt zich af of hij geen betere relatie met zijn vader had kunnen hebben, of hij wel genoeg aandacht aan zijn dochter heeft besteed en had hij zijn scheiding niet kunnen voorkomen? Van zijn beslissing om politieman te worden, heeft hij trouwens nooit spijt gehad. “
De schrijver glimlacht: “Gelukkig heb ik Wallander ook hele stomme dingen laten doen, dat maakte hem alleen maar menselijker. Dat verklaart volgens mij ook zijn populariteit. Hij is een gewoon mens, net als jij en ik”
“Hij eet ongezond, is te zwaar en beweegt te weinig. Toen ik een bevriende arts vroeg welke ziektes een man als Wallander zou kunnen hebben, kwam ze zonder aarzelen met diabetes op de proppen. Dus gaf ik hem dat, prompt werd hij nog populairder!”
“Ik probeer altijd een verhaal te vertellen over iemand die zich voortdurend ontwikkelt. Gewone mensen staan niet stil, maar veranderen steeds en dat geldt zeker voor Wallander; hij is een normaal persoon, vol tegenstrijdigheden.”
“Als ik Wallander echt zou kunnen ontmoeten, denk ik niet dat we vrienden zouden worden. Daarvoor hebben we te weinig gemeen. Ik heb ook geen hekel aan hem, zeker niet. Eigenlijk is het inspirerender om over mensen te schrijven die niet zo aardig zijn. Over wie denk je dat Shakespeare liever zou geschreven hebben: Jago of Othello? (Telegraaf, 2010)
Uitg. De Geus.
[bol_product_links block_id=”bol_56125b4c64509_selected-products” products=”1001004010934910″ name=”boeken” sub_id=”” link_color=”313138″ subtitle_color=”444C5C” pricetype_color=”51645E” price_color=”ABBCB0″ deliverytime_color=”444C5C” background_color=”FFFFFF” border_color=”D2D2D2″ width=”250″ cols=”1″ show_bol_logo=”undefined” show_price=”1″ show_rating=”0″ show_deliverytime=”1″ link_target=”1″ image_size=”0″ admin_preview=”1″]
Roslund & Hellström verbergen hun boodschap in ijzersterke thrillers
“Het verhaal gaat voor”
Interview Roslund & Hellström
Wist u dat Zweden niet één, maar twee hoofdsteden heeft? Onder Stockholm bevindt zich nog een ondergrondse versie. Een volledige stad met zijn eigen bewoners en wetten.
Het Zweedse schrijversduo Anders Roslund en Börge Hellström schreef er de fascinerende thriller Het meisje onder de straat over, waarin dit onbekende aspect van de Zweedse welvaarstaat onder de loep wordt genomen.
Commissaris Ewert Grens wordt in korte tijd geconfronteerd met twee van de merkwaardigste zaken uit zijn carrière. Allereerst worden 43 Roemeense straatkinderen in de stad gedumpt door een bus die meteen rechtsomkeert maakt, niet lang daarna wordt het verminkte lichaam van een vrouw gevonden.
Het spoor van de laatste zaak leidt direct naar het labyrint van buizen en gangen onder de stad, het gebied waar zwervers en daklozen heersen en waar Ewert Grens ziende blind is.
Het meisje onder de straat is de vierde thriller van de Zweden, hun eerdere werk, met name het uitmuntende De Uitlevering, bevat zorgvuldig afgemeten kritiek op misstanden, zo nauwkeurig gedoseerd dat het spannende verhaal de boventoon voert. Ook bij dit boek is dat weer het geval.
Anders Roslund, tenger met een sardonisch baardje en dito blik: “Al vanaf het begin van onze samenwerking wisten we dat de ondergrondse stad bestond. Ons doel was de aandacht van de samenleving er op te vestigen, maar eerst wilden we vertrouwen krijgen als schrijvers en hebben we die drie andere boeken geschreven. We konden niet in onze eerste thriller al over Zweedse kinderen die onder de straat wonen schrijven.”
Börge Hellström, groot en kaal, voegt toe: “Door dit boek ontstond er een politiek debat over dit onderwerp, het hoofd van sociale zaken van Stockholm gaf voor het eerst toe dat deze wantoestand bestond en maakte geld vrij. “
Grinnikend vertelt Roslund hoe ze in een televisieprogramma deelnamen aan een discussie over dit onderwerp: “Een aan de kerk verbonden maatschappelijk werker werd gevraagd of het echt zo erg was. ‘Nee’, zei deze. We schrokken ons rot! ‘Het is nog veel erger’, ging diegene toen verder.”
Ernstiger vervolgt hij: “Dat meisje uit de titel bestaat echt, ze is dertien jaar. We maakten haar zestien, want het is allemaal al ellendig genoeg. We troffen haar aan in de Sint-Clara kerk, waar ze uren in de kerkbankjes zat.”
Gedreven valt Hellström hem nog net niet in de rede: “We hebben veel hulp gehad van de Sint-Clara, ze hebben ons geholpen contact te leggen met de kinderen, zodat we hun verhaal kunnen horen. Ze vinden net als wij dat dit niet goed is, kinderen horen niet ondergronds. Voor volwassenen ligt het anders, die hebben op een bepaald moment een keuze gemaakt.”
De op zijn zachtst gezegd markante Roslund en Hellström lijken op het eerste gezicht niets met elkaar gemeen te hebben, hoe is het duo tot de samenwerking gekomen?
Anders Roslund: “Ik ben vijftien jaar televisiereporter geweest voor de twee belangrijkste actualiteitenprogramma’s van Zweden, ik was gespecialiseerd in criminaliteit en sociale onderwerpen. Op gegeven moment zocht ik realistische informatie over reclassering. Ik belde met een organisatie die er op gericht is om te voorkomen dat misdadigers in herhaling vallen. En toen kreeg ik deze kale kerel aan de lijn.”
Hellström grijnst en wijst naar zichzelf: “Samen hebben we een grote kennis van criminaliteit en het gevangenissysteem. In die onderwerpen zijn we echt goed. We hadden de behoefte om de mensen te laten luisteren naar wat we te zeggen hebben.”
Roslund: “Maar hoe doe je dat? Als je alleen maar feitjes opsomt en pronkt met je kennis haakt iedereen af. Dus ons motto was van het begin af aan: het verhaal gaat voor. Anders lezen ze ons niet.” (Telegraaf, 2009)
Uitg. De Geus, paperback € 9,90.
Peter Robinson ruim 25 jaar aan de top met dezelfde inspecteur
“Banks kan nog heel lang mee”
Interview Peter Robinson
In Nederland behoort Peter Robinson niet tot de grote namen als het gaat om thrillerschrijvers. Toch timmert hij al 25 jaar aan de weg met zijn Inspecteur Banks reeks, worden zijn boeken in 22 talen uitgebracht en heeft hij al diverse onderscheidingen – nationaal en internationaal – voor zijn werk ontvangen.
Hoog tijd om eens kennis te maken met deze bescheiden Britse schrijver. En waar kan dat beter in het noorden van Yorkshire, het prachtige graafschap waar de boeken over Banks zich afspelen?
We zijn in Richmond, een schattig stadje zoals dat alleen in Engeland te vinden is. Compleet met vierkante kerktoren, een tea-room op iedere hoek van de straat en de ruïnes van een abdij en een kasteel op loopafstand.
In het achttiende eeuwse Kings Head hotel denkt Peter Robinson terug aan 1987, het jaar dat hij zijn eerste Inspecteur Alan Banks boek schreef. “Ik woonde al een paar jaar in Canada om daar les te geven. Ver van huis had ik last van heimwee naar Yorkshire. In die tijd stonden detectiveboeken nog in de kinderschoenen. Ik kende alleen het werk van P.D. James en Ruth Rendell. Omdat ik het een fascinerend genre vond, koos ik voor een politieman als hoofdpersoon.”
“Ik besloot van Banks een buitenstaander in Yorkshire te maken, net als ik was omdat ik er niet meer woonde. Vanwege de nogal wantrouwende en stugge volksaard hier, heb ik Banks wel een open persoonlijkheid gegeven. Hij is zo’n iemand die mensen snel voor zich inneemt.”
“Ik begon met een leeg doek en liet Banks almaar groeien. Het wonderbaarlijke is dat hij na meer dan twintig boeken nog steeds boeit. Hij is nu midden vijftig, maar ik kan nog zeker met hem verder. Mijn volgende boek over Banks komt over twee jaar uit in Engeland, hij is dan echter slechts een half jaar ouder. In fictie kun je een ander tijdsbegrip hanteren en kan ik langer met hem door.”
“Misschien gaven mijn eerste boeken een geïdealiseerd beeld van mijn geboortegrond, maar de afstand werkte ook een bepaalde objectiviteit in de hand. Zo werd ik me pas bewust van het Engelse klassensysteem toen ik eenmaal weg was. Hier wordt nog heel sterk bepaald wie je bent door je afkomst, je accent en naar welke school je bent geweest.”
“Inmiddels verdeel ik mijn tijd tussen mijn huis in Richmond en dat in Toronto. Ik kan nu langer hier zijn en maak inmiddels deel uit van de gemeenschap. Dat geeft weer nieuw perspectief aan mijn werk, ik weet wat er leeft en kan actueler zijn.”
“Yorkshire is inderdaad de hart en ziel van mijn werk. Aanvankelijk liet ik mijn boeken alleen op het platteland spelen, maar maak nu ook gebruik van steden als Leeds en Londen. Geografisch gezien zijn mijn boeken uitgebreider geworden, maar ik zal altijd terugkeren naar het prachtige landschap van de Dales.”
Robinson lacht bij de vraag of hij en Banks veel overeenkomsten hebben. “Het enige wat ik hem gemeen heb is de manier waarop wij de avonden doorbrengen. Relaxed muziek luisteren met een goed glas erbij. Vroeger was dat net als bij Banks whisky, maar om gezondheidsredenen drink ik nu alleen nog rode wijn.”
“Ik zou zijn werk echter nooit kunnen doen. In de semi-militaire hiërarchie van de politie is het voor mij onmogelijk om te functioneren. Ik kan helemaal niet tegen autoriteit, wil gewoon mijn eigen zin doen. Verder heb ik een hekel aan geweld, kan ik geen bloed zien en heb ik iets tegen ziekenhuizen en operaties.”
“Voor mij geen CSI-achtige plots, forensische mysteries zijn aan mij niet besteed en ik weet er ook niets van. Alle technische informatie laat ik als uitslagen naar binnen komen, zonder al teveel details. Die onderzoeksresultaten zijn een prima middel om een verhaal tempo te geven of juist te vertragen.”
“Het is bijna niet voor te stellen dat mijn werk in zoveel talen te lezen is. Ik vraag me vaak af hoe de Japanse vertaling zal zijn. Hoewel mijn boeken zich in een duidelijk aangegeven omgeving afspelen, zijn de mensen en hun problemen universeel. Overigens ben ik heel populair in Scandinavië. “ De schrijver lacht: “Dat zal wel iets te maken met onze noordelijke mentaliteit.” (De Telegraaf, 2012)
Uitg. A.W. Bruna.